Politiek
June 28, 2019

De PvdA revisited

Frans Timmermans kreeg mijn stem bij de laatste verkiezingen. Hij stak er gewoon met kop en schouders bovenuit. Daarmee zou ik mijn blog kunnen beëindigen. Maar mijn keuze voor Timmermans heeft me aan het denken gezet.

In 2017 legde ik in een blog uit waarom ik niet op de PvdA zou stemmen. Hoewel ik al bijna 50 jaar lid was van die partij. Het programma van GroenLinks sprak me meer aan. Ik had het gevoel dat de PvdA de achterban was kwijtgeraakt die mij met die partij verbond. En er waren geen strategische redenen meer om voor de PvdA te stemmen. Ook met mijn stem zou Lodewijk Asscher dik van Mark Rutte verliezen.

Aukje van Roessel legde meteen de vinger op de zere plek. Dit waren geen argumenten voor een strategische stem bij de verkiezingen. Dit waren argumenten waarmee je afscheid neemt van een partij. Ik had in 2016 en 2017 al meer schepen achter me verbrand en meende pardoes dat ik ook de PvdA wel kon verlaten. In de energie van het moment meldde ik me meteen aan bij GroenLinks. Omdat een burger lid hoort te zijn van een politieke partij.

En daar zat ik dan. Ik kreeg zo af en toe een Nieuwsbrief van mijn nieuwe club. Ik kreeg uitnodigingen voor congressen en festivals, maar voelde me niet echt uitgenodigd. Dat herkende ik wel van de PvdA, maar het lag dit keer ook echt aan mij. Die nieuwe partij raakte me niet. Ook bij de verkiezingen bleef ik zwalken. Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2018 stemde ik PvdA, mede omdat GroenLinks in mijn gemeente niet meedeed. Bij de Statenverkiezingen van 2019 stemde ik GroenLinks. Maar bij de uitslagen keek ik toch vooral naar de PvdA.

Langzaam begon ik te beseffen dat je wel je lidmaatschap kan opzeggen van een partij, maar dat daarmee je hondentrouw niet meteen is verdwenen. Ik was meer dan 45 jaar lid geweest van de PvdA. Ik was bij vlagen zeer actief geweest, zowel plaatselijk als landelijk. Zo’n partij gaat ergens in je botten zitten. En die botten merken niet eens dat je formeel je lidmaatschap hebt opgezegd.

Bij verkiezingen treurde ik dan ook meer om het verlies van ‘de partij’ dan dat ik me verheugde over de winst van GroenLinks. Als Lodewijk Asscher een boek schreef dat deels teleurstellend was, verlangde ik naar meer. Als standpunten van GroenLinks plichtmatig waren, hetgeen vaak het geval was, voelde ik geen behoefte om daartegen intern te protesteren. Ik ergerde me slechts heftig aan de cultus rondom Jesse Klaver, maar ook daarover liet ik mij binnen die partij niet horen. Eigenlijk raakte GroenLinks me niet. Ja, eenmaal kwam ik in actie. Toen dat ene brave kamerlid, dat iets had gezegd over de mislukking van het sociaal leenstelsel voor studenten, onderuit werd geschopt door de Leider. Ik zegde meteen mijn lidmaatschap weer op.

Ik geef toe: in de PvdA zijn de manieren ook niet altijd om over naar huis te schrijven. Ook in de PvdA worden mensen afgebrand en geofferd op het altaar van de Leider. Maar daar accepteerde ik dat soort dingen altijd wel. Misschien omdat de PvdA er eerlijk vooruit komt niet de idealistische partij te zijn die GroenLinks claimt te zijn. Misschien omdat ik altijd wel vrienden had in de partij, die even hard scholden op de Leider als ik. En misschien vooral omdat de PvdA mijn partij was.

En is.

Ik moet dus gewoon ophouden met dat gekke gedoe. Dat zoeken. Die twijfel. Ik behoor lid te zijn van die partij. Ik heb me gisteren weer aangemeld. Dat geeft me in ieder geval weer het recht om over ‘de partij’ te mopperen.

Ja het spijt me dat ik de partij voor het historische dieptepunt van 2017 heb verlaten. Het voelt ook ongemakkelijk om weer terug te komen na de historische winst van Frans Timmermans. En nu de partij weer in de peilingen klimt. Maar je kan ook zeggen dat velen even behoefte aan afstand hadden. En dat dat enige hoop geeft voor de toekomst.